Slepende melkziekte

Slepende melkziekte of ketose is een veelvoorkomende aandoening, die op de meeste bedrijven in meer of mindere mate voorkomt. Door een te kort aan energie gaat het lichaam vet afbreken, waarbij ook ketonen vrijkomen in het bloed. Vaak komt dit door te weinig voeropname rond het afkalven, bijvoorbeeld door melkziekte. Maar het kan ook op andere momenten ontstaan, bijvoorbeeld door te weinig opname bij ziekte of een erg hoge melkgift. 


Verschijnselen

Klinische slepende melkziekte wordt vaak gezien in de eerste maanden na afkalven. Opvallend is dat de dieren vooral de brok laten staan. De koeien zijn traag, eten ook minder ruwvoer, geven minder melk en vallen af. De koeien krijgen een typische geur, ze ruiken naar aceton. In sommige gevallen kunnen ook nerveuze verschijnselen ontstaan.

Veel dieren ontwikkelen een negatieve energiebalans na het afkalven, waardoor een (subklinische) slepende melkziekte kan ontstaan. In de meeste gevallen speelt het probleem wel maar worden geen  duidelijke symptomen gezien. De daling in voeropname en melkgift wordt dan niet zo snel opgemerkt. Deze dieren ervaren hier wel gevolgen van en zullen ook minder melk produceren tijdens de lactatie. 

Diagnose

Ketose ontstaat doordat er minder energie binnenkomt dan gebruikt wordt. Het lichaam gaat vet afbreken en hierbij komen stoffen vrij die in het bloed kunnen worden teruggevonden. Om slepende melkziekte vast te stellen kan er op het erf wat bloed onderzocht worden op één van die stoffen.

Behandeling

De behandeling van slepende melkziekte bestaat uit het aanvullen van energie in het bloed door middel van een infuus en het aanbieden van stoffen die als energiebron dienen. Vaak wordt een drenchmiddel ingezet om snel de voorlopers van glucose in de pens te laten opnemen. Daarna wordt propyleenglycol of een energiebolus gebruikt om de volgende dagen een aanvulling in de energie te geven. Als er een onderliggende oorzaak speelt, waardoor de voeropname verminderd is (bijvoorbeeld baarmoederontsteking, lebmaagdraaiing, mastitis of kreupelheid), is het belangrijk dat deze ook aangepakt wordt.

Preventie

Veel belangrijker is om te voorkomen dat de koeien een groot energietekort ontwikkelen.Ontwerp zonder titel 5 Het voorkomen van ketose begint al tijdens de vorige lactatie. Door de koeien niet te ruim in conditie droog te zetten wordt de voeropname in de droogstand bevorderd. De sleutel van het voorkomen van slepende melkziekte ligt in de droogstand. Een goed passend rantsoen, wat fris en vers is, en goed kan worden opgenomen door alle droge koeien, is ontzettend belangrijk in het voorkomen van ketose. De opname rondom kalven bepaalt voor een groot deel het verloop van de lactatie.

Na het afkalven moet het rantsoen voldoende energie bevatten om de productie van melk te voorzien. Een goed passend rantsoen is daarom ook na afkalven van belang. Het voorkomen van andere aandoeningen draagt uiteraard ook bij aan een goede voeropname. Sommige dieren lopen meer risico op slepende melkziekte, zoals dieren die een tweeling krijgen, vette koeien en koeien met melkziekte. Om deze dieren extra te ondersteunen kunnen Kexx-tone bolussen worden ingezet in de droogstand die de kans op slepende melkziekte verkleinen. 

Ketose voorkomen vereist een multifactorieel plan, waarbij gekeken wordt naar het rantsoen van de droge en verse koeien, de huisvesting en dierziektes, om de opname van voldoende energie te garanderen. De dierenartsen van onze praktijk kunnen helpen om een plan te maken, passend voor uw bedrijf. 

 

Geschreven door Mariska Lansbergen