Salmonella komt op 10 procent van melkveebedrijven in Nederland voor. Soms worden de dieren, zowel oudere runderen als jongvee, er ziek van. De bacterie kan grote schade veroorzaken. De schade door salmonellose op een melkveebedrijf met honderd melkkoeien bedraagt gemiddeld 4.637 euro. Op ernstig besmette bedrijven kan de schade oplopen tot boven 10.000 euro.
Ook de melkveehouder en zijn/haar gezin kunnen ernstig ziek worden door salmonella; salmonella is een zoönose.
De bacteriën Salmonella dublin en Salmonella typhimurium veroorzaken ziekte bij runderen. Melkveebedrijven kunnen besmet raken door de aanvoer van besmette dieren, besmette mest of besmet voer. Ook bezoekers en ongedierte kunnen de bacterie meenemen. Eenmaal op het bedrijf verspreidt de bacterie zich snel. Een besmette koe met diarree scheidt enorme aantallen bacteriën uit en besmet niet alleen de dieren om haar heen, maar bijvoorbeeld ook het weiland en het drinkwater. Via materiaal en laarzen wordt de bacterie snel over het gehele bedrijf verspreid.
Salmonella dublin en Salmonella typhimurium kunnen ook mensen ziek maken. De bacterie wordt overgebracht door contact met zieke dieren, mest en verworpen vruchten van besmette koeien, maar ook via rauwe melk en niet-gepasteuriseerde melkproducten. De ziekteverschijnselen bij de mens zijn hoge koorts en diarree en soms huidontstekingen. Behandeling is mogelijk, maar niet altijd gemakkelijk.
De belangrijkste verschijnselen zijn hoge koorts (41°C), diarree, verwerpen en productiedaling. Kalveren kunnen daarnaast gewrichtsproblemen en longontsteking krijgen. 80 procent van de bedrijven met klachten door een infectie met Salmonella dublin krijgt te maken met sterfte of dieren die geëuthanaseerd moeten worden vanwege de ernst van de ziekte.
Runderen kunnen ook drager zijn van salmonella zonder dat ze ziekteverschijnselen vertonen. Hierdoor kan een infectie jarenlang aanwezig blijven op een bedrijf en af en toe (lichtjes) de kop opsteken.
De diagnose salmonellose kan bevestigd worden door mest- of bloedonderzoek. In de mest worden de bacteriën aangetoond en in het bloed de afweerstoffen tegen de bacterie. Omdat dragerdieren niet altijd bacteriën via de mest uitscheiden is bloedonderzoek de aangewezen weg.
Een andere mogelijkheid is het laten onderzoeken van overleden dieren en verworpen vruchten door de Gezondheidsdienst voor Dieren. Voor de nauwkeurigheid is het zaak om dieren snel op te laten halen, vooral bij warm weer in de zomer.
Om de salmonella-status van een bedrijf te bepalen kan bloedonderzoek gedaan worden van alle kalveren tussen de vier en zes maanden oud in combinatie met een tankmelkonderzoek. Zo’n tankmelkonderzoek kan ook worden gebruikt om de situatie in de loop van de tijd te monitoren.
Zieke dieren moeten zo snel mogelijk behandeld worden. Met antibiotica kan de salmonellabacterie worden bestreden. Vanwege de hoge koorts en algehele malaise is het ook nodig ontstekings- en koortsremmers te gebruiken. Daarnaast moet zieke dieren afgezonderd worden van de rest en beschikking krijgen over schoon en goed voer en drinkwater.
Bij behandeling moet grote nadruk op hygiëne liggen, zoals het gebruik van wegwerphandschoenen, speciale kleding, desinfectie en eenmalig gebruik van injectienaalden- en spuiten. Daarmee kan verdere besmetting van dieren op het bedrijf worden voorkomen, maar ook de besmetting van mensen.
Preventief kunnen de volgende maatregelen worden genomen:
Bron: www.veearts.nl
Per 1 januari 2011 geldt een inspanningsverplichting voor de bestrijding van Salmonella-infecties op melkveebedrijven. Het streven is om gunstige tankmelk uitslagen te hebben. Dat betekent dat als een bedrijf regelmatig een ongunstige uitslag heeft voor Salmonella dat er enige vorm van aanpak/preventie moet zijn.
Een bedrijf wordt aan de hand van de tankmelkuitslag ingedeeld in een categorie.
Zijn er 2 metingen achter elkaar gunstig komt men in N1. Zijn er 2 metingen achter elkaar ongunstig komt men in N2 terecht, zijn er 4 van de 5 metingen ongunstig komt men in N3 terecht. Als een bedrijf in N2 of N3 zit en er zijn 2 metingen achter elkaar gunstig gaat men naar N1.
Per categorie worden er eisen gesteld aan de bedrijven: